Astrologie is al eeuwen afgedaan als het tijdverdrijf van dromers of “mensen die met de sterren spelen.” Maar als iemand die al jaren naar de taal van de hemel luistert, kan ik u dit vertellen:

De hemel heeft ons nooit de rug toegekeerd — wij waren het die bang werden voor haar.

De drie grote monotheïstische religies — de islam, het christendom en het jodendom — lijken astrologie te hebben verworpen, maar onder dat ogenschijnlijke verzet ligt een stille, blijvende vertrouwdheid. Want de hemel lezen betekent in wezen proberen het goddelijke plan te begrijpen dat haar heeft gevormd.

Geloof dat de taal van de sterren sprak

In de christelijke geschiedenis verklaarde Sint-Augustinus dat “het lot van de mens niet in de sterren ligt, maar in Gods handen,” en hij bestempelde astrologie als zonde. In de islam werd het lezen van de sterren vaak verward met waarzeggerij en daarom ontmoedigd.

In het jodendom hield de overtuiging dat “niets het lot bepaalt behalve Gods wil” de hemel buiten bereik. En toch, ondanks al die afstand, zijn de mensen die de taal van de hemel spraken nooit verdwenen. Door de eeuwen heen waren hemellichamen niet zomaar lichtpuntjes — ze waren boodschappers van het goddelijke.

Van het oude Mesopotamië tot Egypte, van Griekenland tot India, voelde men de adem van God in de bewegingen van de planeten.

In het hindoeïsme is astrologie — Jyotish — nog steeds een heilige wetenschap, die de orde van de sterren verbindt met de reis van de ziel. Met andere woorden: naar de hemel kijken was nooit slechts nieuwsgierigheid; het was altijd een vorm van gebed.

Zelfs toen de Abrahamitische religies afstand namen van astrologie, bleven ze haar symbolen in hun heilige teksten bewaren. In de joodse mystiek leert de Kabbala dat elke planeet een aspect van Gods energie weerspiegelt. In het christendom is de gelijkenis tussen de twaalf apostelen en de twaalf sterrenbeelden moeilijk toeval te noemen. En in de Koran staat duidelijk dat de sterren zijn geschapen als “gidsen.”

Misschien is astrologie dus niet de verboden kunst die God veroordeelde — maar de goddelijke taal die de mensheid simpelweg verkeerd begreep.

De angst voor verboden kennis

Waarom waren religies dan zo wantrouwig tegenover astrologie? Omdat wie naar de sterren kijkt, vaak zijn eigen bestemming begint te zien — en iemand die zijn bestemming begrijpt, is het moeilijkst te beheersen.

Misschien was het niet astrologie zelf die angst inboezemde, maar de ontwaakte mens, die geen toestemming meer nodig had om vrij te denken. Eeuwenlang hebben religieuze leiders gezegd: “Kijk niet naar de sterren — kijk naar God.” Maar misschien zat God al die tijd juist in de sterren. De hemel is tenslotte de zuiverste uitdrukking van goddelijke orde.

Astrologie strijdt niet tegen die orde — ze ontcijfert haar. Elke planeet draagt een fluistering van de schepping, en samen zingen ze een kosmische hymne die wij zijn vergeten te horen. Toch hebben we die muziek tot zwijgen gebracht en ze afgedaan als “onwetenschappelijk.”

Maar de taal van de sterren is de oudste wiskunde van de ziel. Een geboortehoroscoop is als een goddelijk notitieboek — een stille herinnering aan wat we moeten leren en wat we moeten overstijgen.

In plaats van die diepte te eren, hebben we astrologie gereduceerd tot weekhoroscopen en oppervlakkige voorspellingen.

En nu, in een vreemde harmonie, zwaaien zowel predikers als wetenschappers met hun vingers — de één noemt het “haram,” de ander “onbewezen.” Geen van beiden lijkt de tijd te hebben genomen om gewoon naar de hemel te luisteren.

Uiteindelijk is astrologie misschien de verboden kennis die nooit echt is gestorven — de stille wijsheid die religies probeerden te verbergen, maar nooit konden uitwissen.

Het verhaal van zij die bidden om God te bereiken en zij die de hemel lezen om Hem te begrijpen, is in wezen hetzelfde verhaal. De één spreekt in woorden, de ander in sterrenbeelden — maar beiden jagen dezelfde stem na.

En lieve lezer, dit gesprek is nog lang niet voorbij.

In mijn volgende column zal ik een paar goedgerichte, stervormige stenen gooien naar de witte jassen die astrologie “onbewijsbaar” noemen. Ja, diegenen die het universum “leeg” noemen, vergetend dat de kosmos soms zelf een ondeugend gevoel voor humor heeft.

Voor nu: hef uw blik. Kijk omhoog naar de nachtelijke hemel. Misschien knipoogt God op dit moment wel naar u door de sterren.